Archive image from page 508 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl01heuk Year: 1909-11. FAMILIE 18. — GRAMINAE. 467 Phleum arenarium Fiij. 395. De aarpluim is ovaal tot langwcrpig-cyliiidrisch, meest 1,5-3 cM lang en meest 8 mM breed, stomp, aan den top en vaak ook naarden voet duide- lijk versmald. De takken zijn meest circa 5 mM lang, vrij. De aartjes zijn omstreeks 3 mM lang, eirond, alle duidelijk naar voren gericht. De spil van het aartje is iets over de bloem verlengd. De kelkkafjes zijn geleidelijk kort toegespitst (dus met zeer korte naald), aa


Archive image from page 508 of De flora van Nederland (1909-11). De flora van Nederland defloravannederl01heuk Year: 1909-11. FAMILIE 18. — GRAMINAE. 467 Phleum arenarium Fiij. 395. De aarpluim is ovaal tot langwcrpig-cyliiidrisch, meest 1,5-3 cM lang en meest 8 mM breed, stomp, aan den top en vaak ook naarden voet duide- lijk versmald. De takken zijn meest circa 5 mM lang, vrij. De aartjes zijn omstreeks 3 mM lang, eirond, alle duidelijk naar voren gericht. De spil van het aartje is iets over de bloem verlengd. De kelkkafjes zijn geleidelijk kort toegespitst (dus met zeer korte naald), aan de kiel tot de inplanting der naald met lange, borstelige haren kamvormig gewimperd, de haren zijn minstens zoo lang als de halve breedte van het aartje. De kelkkafjes (fig. 395) zijn 2 a 3 maal zoo lang als het behaarde onderste kroonkafje. De schubbetjes ontbreken, ook de stijl ontbreekt bijna. . 3-30 cM. Mei, Juni. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt in West- en Zuid-Europa aan het zandig zeestrand en in de duinen voor. Zij is bij ons vrij algemeen, vooral in de duinen. P. asperum ') Jacq. Scherp doddegras (fig. 395a). Bij deze soort is de plant bundeisgewijs vertakt en heeft eenige of meer rechtopstaande of gel<nikt opstijgende, vaak vertakte, gladde stengels. De bladen hebben een gladde of iets ruwe scheede (de bovenste duidelijk opgeblazen) en een 2-10 cM lange en 4-10 mM breede, meest vrij plotseling versmalde, boven ruwe schijf. Het tongetje is tot 3 mM lang, stomp afgesneden. De aarpluim is stijf, zeer dicht, cylindrisch, meest naar boven iets versmald , 2-8 cM lang en 3-6 niM dik met 1-5 mM lange pluimtakken. De aartjes zijn wigvormig tot omgekeerd hartvormig, 2 mM lang. De kelkkafjes zijn uit een bijna steelachtig versmalden voet breed driehoekig, opgeblazen, met een korte naald. Het onderste kroon- kafje is bruin, vliezig en omsluit de doorschijnende, eironde vrucht. 1-4 dM. O. Mei—Juli. Voorkomen in Europa en in Nederland. De plant komt op a


Size: 1256px × 1593px
Photo credit: © Actep Burstov / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: 1900, 1909-11, archive, book, bookauthor, bookdecade, bookpublisher, booksponsor, booksubject, bookyear, drawing, heukels_hendrik_1854_1936, historical, history, illustration, image, leiden_n_v_boekhandel_en_drukkerij_voorheen_d_j_br, page, picture, plants, print, reference, the_luesther_t_mertz_library_the_new_york_botanical_, vintage, zimmermann_a_albrecht_b_1860