. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 18. GRAMINAE. — 433 wind meefladdcren, waardoor de uitwerking van windstooten op den halm en op de bladen verzwakt wordt. Dit draaien zou bemoeilijkt worden, zoo er water, waarin allicht zand- en stofdeeltjes aanwezig zijn, tusschen stengel en scheede kwam, daar dan de wrijving grooter werd. Dit wordt dan ook belet door het tongetje. Het water, dat langs de schijven neerzakt, gaat daardoor langs de buitenzijde der scheede naar beneden. Het hier gezegde geldt vooral voor grassen als Phalaris arundinacea en Phragmites communis. Bij andere grassen zijn de


. De flora van Nederland. Plants. FAMILIE 18. GRAMINAE. — 433 wind meefladdcren, waardoor de uitwerking van windstooten op den halm en op de bladen verzwakt wordt. Dit draaien zou bemoeilijkt worden, zoo er water, waarin allicht zand- en stofdeeltjes aanwezig zijn, tusschen stengel en scheede kwam, daar dan de wrijving grooter werd. Dit wordt dan ook belet door het tongetje. Het water, dat langs de schijven neerzakt, gaat daardoor langs de buitenzijde der scheede naar beneden. Het hier gezegde geldt vooral voor grassen als Phalaris arundinacea en Phragmites communis. Bij andere grassen zijn de bladschijven boogvormig gekromd en buigzaam, zoodat de uitwerking van den wind hoofdzakelijk bestaat in het meer of minder worden der kromming. Dit is vooral het geval bij vele boschgrassen, Milium effusum, Brachypodium silvaticum, Avena flavescens, Triticum caninum e. a. Wat de bloemen betreft, hebben alle Graminae windbloemen. Zij openen zich slechts eenmaal, het meest des morgens en bij gunstig weer. Meest zijn ze protrandrisch, zeldzamer proterogynisch (Aiopecurus, Anthoxanthum, Spartina). Het bloeien geschiedt meest door het uit elkaar gaan der kroonkafjes, dat door de beide schubbetjes (zie boven) bewerkt wordt. Na 1 a 2 uur schrompelen deze echter ineen en komen de kroonkafjes weer in den oorspronkelijken stand terug. Vooral Arrhenatherum elatius vertoont dit verschijnsel zeer duidelijk. Merkwaardig is ook de snelle groei der helmdraden, als de bloem bloeit. De stempels buigen zich bij het zijdelings te voorschijn komen uit de hangende of knikkende aartjes naar boven en worden dus alleen door stuifmeel uit hooger staande bloemen getroffen. Zelden komen de stempels uit den top der aartjes te voorschijn bij de proterogynische soorten. Zooals boven gezegd is, openen sommige soorten hunne kafjes tijdens den bloei weinig, hier komen de stempels en de helm- knopjes door een nauwe spleet naar buiten. Soms wordt bij bloeiende gras- sen insectenbezoek waargenomen. Zi


Size: 1574px × 1587px
Photo credit: © The Book Worm / Alamy / Afripics
License: Licensed
Model Released: No

Keywords: ., bookcentury1900, bookcollectio, bookdecade1900, booksubjectplants